1 november 2019

Future Lab: de toekomst van informatiehuishouding

image for Future Lab: de toekomst van informatiehuishouding image

Maar terwijl het Rijk bezig is met een inhaalslag, wil ze tegelijkertijd ook vooruitkijken. Het Rijk zal de komende decennia met complexe uitdagingen te maken krijgen op het gebied van data en informatie. Het lijkt bovendien een illusie dat de papieren logica van het ordenen van documenten in de toekomst nog toegepast kan worden op de alsmaar groeiende berg grotendeels ongestructureerde digitale data. Het wordt steeds moeilijker afgewogen keuzes te maken over het al dan niet archiveren van informatie. Er is te veel data om het geheel te kunnen overzien.

Maar terwijl het Rijk bezig is met een inhaalslag, wil ze tegelijkertijd ook vooruitkijken. Het Rijk zal de komende decennia met complexe uitdagingen te maken krijgen op het gebied van data en informatie. Het lijkt bovendien een illusie dat de papieren logica van het ordenen van documenten in de toekomst nog toegepast kan worden op de alsmaar groeiende berg grotendeels ongestructureerde digitale data. Het wordt steeds moeilijker afgewogen keuzes te maken over het al dan niet archiveren van informatie. Er is te veel data om het geheel te kunnen overzien. Tegelijkertijd is informatie cruciaal geworden voor het functioneren van de samenleving en de democratie.

Vanuit Future Lab, een van de onderzoekstrajecten bij RDDI, wordt allereerst een visie ontwikkeld op de rol en betekenis van overheidsinformatie in 2030. Niet de technologische mogelijkheden, maar de rol en betekenis van overheidsinformatie binnen de samenleving van 2030 vormen het startpunt. Vervolgens wordt onderzocht hoe het Rijk op dit veranderende landschap wil anticiperen en welke waarden daarbij aandacht verdienen. De Reframing Methode wordt hierbij als leidraad gebruikt (zie het kader).

Wat is reframing?
De Reframing Methode is ontwikkeld aan de TU Delft door oprichter en partner van Reframing Studio prof. ir. Matthijs van Dijk en prof. dr. Paul Hekkert. De kern van het reframen is dat de ontwerper gedwongen wordt om zich bewust te worden van alle aannames rondom een ontwerpuitdaging zodat er vrij ontworpen kan worden, zonder beïnvloed te zijn door reeds bestaande ideeën over een eindresultaat. Het onderliggende uitgangspunt van de methode is dat elk ontwerp – of het een product, een dienst of een compleet systeem betreft – een middel is om een bepaalde ervaring of sociale interactie tot stand te brengen. Daaruit voortvloeiend begint ontwerpen met het bepalen van dit effect, in andere woorden, hoe willen we dat mensen een product, dienst of systeem ervaren? Om te begrijpen welke ervaringen en interacties betekenisvol zijn voor mensen moet de toekomstige context onderzocht en in kaart gebracht worden. Het is cruciaal om de toekomst te begrijpen aangezien dat de context is waarin het ontworpen systeem van betekenis moet zijn.
We beginnen met de vraag ‘wat is betekenisvol in de wereld van morgen?’ Meer dan ‘waar kunnen we technologie X of Y invoegen in de wereld van vandaag?’ Ook al zijn nieuwe technologieën belangrijk in de komende jaren, we moeten om te beginnen op een ander niveau over deze technologie nadenken zodat die effectief ontwikkeld en toegepast kan worden. De methode is toegepast op een grote hoeveelheid diverse vraagstukken. Bijvoorbeeld de toekomst van informatie op stations in opdracht van NS en ProRail, de toekomst van biodiversiteit in opdracht van het Hoogheemraadschap en de toekomst van de geestelijke gezondheidszorg in Nederland (zie www.redesigningpsychiatry.org).

Stap 1: betekenis van informatie

We beginnen het Future Lab-project met de vraag wat de rol en betekenis van overheidsinformatie voor de samenleving van 2030 is. Om deze vraag te kunnen beantwoorden, is het noodzakelijk om eerst een beeld te vormen van de wereld van 2030. In de eerste stap van het project zijn de maatschappelijke, organisatorische en technologische ontwikkelingen en hun betekenis voor de informatiehuishouding van het Rijk in kaart gebracht. Voor deze verkenning zijn experts als rijksarchivaris Marens Engelhard, hoogleraar neuropsychologie Margriet Sitskoorn en filosoof Jos de Mul geïnterviewd. Dit onderzoek is vertaald naar twaalf grotere thema’s die verschillende aspecten van de wereld van 2030 beschrijven.

Vloeibaarheid
De wereld van 2030 wordt ook wel een vloeibare wereld genoemd. Alles is continu in beweging en het is moeilijk om houvast te vinden (Bauman, 2011). Ook informatie lijkt in deze wereld in toenemende mate vloeibaar te worden. Zo is ervoor te zorgen dat informatie authentiek, integer en betrouwbaar is. Wired magazine1 hierover: ‘In the past it often made sense to believe something until it was debunked, in the future it will start to make sense to assume they are fake unless they are verified.’ Digitale informatie is vluchtig en kan eenvoudig gewijzigd worden. Dat maakt archiveren in het digitale tijdperk een continue uitdaging.

Complexiteit
De wereld van 2030 kenmerkt zich door toenemende onzekerheid en complexiteit. Het is voor zowel politici, bestuurders als ambtenaren steeds vaker onmogelijk om de complexiteit van vraagstukken helemaal te overzien.

Volgens filosoof Jos de Mul vraagt het omgaan met deze complexiteit een omslag van individuele naar collectieve intelligentie. Het denkwerk wordt in toenemende mate uitgesmeerd over verschillende individuen en de systemen die hen verbinden: de zwerm. Dit roept de vraag op hoe de overheid zich kan verantwoorden voor haar handelen als verschillende informatiestromen door elkaar heen lopen.

Adaptatie
In een snel veranderende wereld is kennis maar beperkt houdbaar en wordt de ambtenaar geacht zich continu te blijven ontwikkelen en opnieuw uit te vinden. Zo zullen in 2030 steeds meer menselijke capaciteiten kunnen worden vervangen door algoritmische rekenkracht. Sommige banen zullen verdwijnen en nieuwe banen zullen ontstaan. Het gaat bovendien niet om een eenmalige revolutie waarna een nieuw evenwicht gevonden kan worden, maar om een continue cascade van veranderingen waarbij iedere verandering om nieuwe aanpassingen vraagt. Toch zullen er ook problemen zijn waarop kunstmatige intelligentie geen antwoord heeft. Intelligente technologie ontbeert vermogens als creativiteit, compassie, empathie, moraliteit en politieke sensitiviteit. Ook is kunstmatige intelligentie nog maar beperkt in staat om te prioriteren en informatie op waarde te schatten.

Ethiek
In 2030 zullen algoritmen in steeds meer alledaagse onderdelen van ons leven een belangrijke rol spelen. Nu al hebben algoritmen invloed op hoe we onze vrije tijd besteden, hoe we onze weg vinden en hoe we onze partner kiezen.

De verwachting is dat de impact van deze technologie in een stroomversnelling zal raken. Er zijn steeds meer zorgen over de impact die kunstmatige intelligentie kan hebben op waarden als vrijheid en gelijkheid. In de samenleving kan dit leiden tot toenemend onbehagen omdat mensen de grip op wat er gebeurt lijken te verliezen. Van het Rijk wordt gevraagd om nadrukkelijker na te denken over de vraag hoe vorm te geven aan een verantwoorde datasamenleving.

Stap 2: informatiehouding van het Rijk
Vervolgens wordt verkend hoe het Rijk op het veranderende landschap wil anticiperen. Vanuit welke publieke waarden wil het Rijk met informatie omgaan? Hoe krijgen deze waarden in de toekomstige context opnieuw vorm? En welke ethische aspecten verdienen daarbij extra aandacht? Om te onderzoeken vanuit welke houdingen het Rijk in 2030 met informatie zou willen omgaan, zijn er negen vacatures voor 2030 ontworpen. Elk nieuw beroep staat voor een mogelijke informatiehouding van het Rijk in 2030.

Deze speculatieve beroepen helpen te onderzoeken welke houdingen van het Rijk het meest gewenst zijn.

Stap 3: ontwerpen toekomstige informatiehuishouding
Als ontwerpers willen we de toekomst niet alleen verkennen, maar de toekomst ook vormgeven. In de derde stap van Future Lab onderzoeken we daarom wat deze verschillende informatiehoudingen in de toekomst voor medewerkers en werkprocessen zouden kunnen betekenen.

De verschillende informatiehoudingen worden verbeeld aan de hand van toekomstige concepten die het gewenste toekomstbeeld tastbaar maken. Dit kunnen nieuwe tools en werkprocessen zijn, maar ook nieuwe beroepen. Bij elke mogelijke informatiehouding horen bovendien bepaalde vaardigheden van de ambtenaar van 2030. Ten slotte zullen we ons een beeld vormen van activiteiten die de op korte (2020), middellange (2025) en lange termijn (2030) door RDDI en verschillende departementen uitgevoerd kunnen worden om naar het gewenste toekomstbeeld toe te bewegen.

Zo ontwerpen we niet alleen de toekomst, maar ook de stappen er naartoe.


Noot
1 Wired is een Amerikaans en Brits maandelijks tijdschrift dat als voornaamste onderwerp technologie heeft, en hoe technologie cultuur, economie en politiek beïnvloedt.


Ir. Femke de Boer

Reframer en ontwerper bij Reframing Studio. Sinds 2015 is ze als projectleider en ontwerper betrokken bij Redesigning Psychiatry

Prof. ir. Matthijs van Dijk
Hoogleraar bij de faculteit Industrieel Ontwerpen aan de TU Delft en een van de oprichters van Reframing Studio

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *